Gebruik voor deze opgave de bijlage “Beleggen, wat schuift het?”.
In het gesprek geeft de accountmanager de klant de volgende toelichting:
“De aandelenmarkt en de conjunctuur beïnvloeden elkaar wederzijds. In
2012 waren de veranderingen van de aandelenkoersen het gevolg van de
ontwikkelingen in de conjunctuur in 2011-2012 en dat heeft u ook
gemerkt.”
Geef aan of volgens de accountmanager in 2011-2012 sprake was van ontwikkelingen in de richting van een hoogconjunctuur of juist in de richting van een laagconjunctuur. Verklaar je keuze.