’s Zomers wordt op Sicilië enkele malen een reusachtige ballon opgelaten voor metingen
in de stratosfeer. Aan de ballon hangt een gondel met verschillende meetinstrumenten.
Door de oostenwind, die dan op deze grote hoogte waait, komt de ballon na ruim een
etmaal boven Spanje aan. Daar laat men de gondel aan een parachute naar beneden
komen.
Voor een zekere ballonvaart wordt in een lege ballon op de grond een bepaalde
hoeveelheid helium gebracht. De ballon ziet er dan uit als een gigantische, niet goed
gevulde plastic zak.
Het heliumgas komt uit cilinders, die elk een volume van 0,075 m3 hebben.
De begindruk in deze cilinders is 2,1·107 Pa en de temperatuur is 25 °C.
Nadat de ballon is losgelaten, stijgt hij op tot een hoogte van 38 km.
Op deze hoogte is de ballon vanwege de lage luchtdruk volledig opgezwollen tot een bol
met een volume van 8,0·105 m3.
De druk in de ballon is dan 500 Pa en de temperatuur -43 °C.
Op deze hoogte is de zwaartekracht op de ballon iets kleiner dan aan het aardoppervlak.
Verwaarloos effecten ten gevolge van rotatie en afplatting van de aarde.
Op deze hoogte is de zwaartekracht op de gondel, de instrumenten en het helium
samen 2,8·104 N. De ballon is gemaakt van polyetheenfolie, dat vanwege de enorme
oppervlakte, ondanks de geringe dikte, een grote massa heeft. Het polyetheenfolie heeft
op deze hoogte de vorm van een bolschil, waarvan het volume V berekend kan worden
met de formule:
V = Π·D2·d
Hierin is: