Background image

terug

Quizz

Vinger op de knop



Bij een quiz op school gaat het erom welke van drie kandidaten (A, B en C) het snelst het
goede antwoord weet op de vragen van de quizmaster. De kandidaten zitten elk achter een
eigen tafeltje met daarop een schakelbord dat voorzien is van ondermeer een drukknop en
een lampje. Zodra een kandidaat het antwoord op een vraag meent te weten, drukt hij
even op de knop, waardoor het lampje op zijn schakelbord gaat branden. Het lampje blijft
branden en de andere kandidaten kunnen hun lampje niet meer inschakelen.
De quizmaster kan nu dus zien welke kandidaat het eerst het antwoord meent te weten en
geeft hem het woord. Voordat de volgende vraag gesteld wordt, wordt het lampjesknoppensysteem
in de situatie gebracht waarbij geen enkel lampje brandt (de
beginsituatie). Dit doet de quizmaster door op een knop te drukken.

Het lampjes-knoppensysteem is gemaakt met behulp van een viertal schakelborden (één
voor elke kandidaat en één voor de quizmaster). Op die schakelborden bevinden zich een
LED die als lampje dienst doet en een drukschakelaar: de drukknop. De drukschakelaar
geeft een hoog signaal zolang hij ingedrukt wordt gehouden, anders een laag signaal.
Op het schakelbord zijn de volgende verwerkers aanwezig: invertors, EN-poorten,
OF-poorten, geheugens en comparatoren.
De symbolen voor deze verwerkers zijn in figuur 1 weergegeven.



Het schema van de schakeling voor elke kandidaat kan in een drietal blokken (I, U en UI)
worden verdeeld. Voor kandidaat A staat het schema in figuur 2. Deze figuur staat ook op
de bijlage.



De lijn die van B afkomstig is, geeft een laag signaal aan blok I van kandidaat A als het
lampje van B niet brandt en geeft een hoog signaal als het lampje van B wel brandt.
Eenzelfde voorwaarde geldt voor de lijn die van C afkomstig is.
Uit blok I komt alleen een hoog signaal als zowel het lampje van kandidaat B als dat van
C niet brandt; als één van de twee wel brandt komt een laag signaal uit blok 1.
Bij de vragen 1,2 en 3 moet de schakeling gemaakt worden met het kleinste aantal
verwerkers, waarbij gekozen kan worden uit de genoemde verwerkers.

Het signaal van de drukschakelaar van kandidaat A en het signaal van blok I worden naar
blok U gevoerd. Uit blok II komt een signaal dat slechts hoog is gedurende de korte tijd
dat kandidaat A zijn knop ingedrukt houdt, terwijl zowel het lampje van B als dat van C
niet brandt.

Het signaal van blok II wordt naar blok III gevoerd.
Om het systeem in de beginsituatie te brengen waarbij alle lampjes uit zijn, heeft de
quizmaster ook een drukschakelaar tot zijn beschikking. Met deze drukschakelaar wordt
eveneens slechts een hoog signaal gegeven zolang er op gedrukt wordt. Ook dit signaal
wordt naar blok III gevoerd. De uitgang van blok III wordt verbonden met de LED van
kandidaat A.