Background image

terug

Strooizout

 Vuilverbrander zet afval om in strooizout
 De Amsterdamse afvalverwerkingsinstallatie AVI wil haar eigen afvalproductie drastisch
 verminderen. Tijdens de verbranding van huisvuil ontstaat een grote hoeveelheid afval als
 reststof van de installatie die de rookgassen reinigt. Dit afval, een zout poeder, is zo
 vervuild dat het als gevaarlijk chemisch afval moet worden gedumpt op een vuilstortplaats
5  in Zaanstad.
 Dat een installatie als de AVI problemen heeft met zouten, klinkt vreemd. Huisvuil bulkt
 niet van het zout. Het probleem ontstaat tijdens het verbranden. In de vlammen vormt zich
 zoutzuur doordat het huisvuil behoorlijk wat PVC (polyvinylchloride) bevat. Als het PVC
 brandt, komt chloor vrij, dat zich bindt tot zoutzuur. „Ik schat dat het huisvuil voor
10  0,7 procent uit PVC bestaat”, zegt De Vries van AVI.
 Het agressieve zuur wordt geneutraliseerd meteen als de rook uit de oven komt. Er wordt
 kalk in de rook gespoten die het zuur neutraliseert tot de relatief onschuldige
 zoutverbinding calciumchloride, het merendeel van het rookgasreinigingsresidu.
 Jaarlijks verwerkt de Amsterdamse installatie achthonderdduizend ton afval. Er zijn vier
15  ovens, met elk een eigen rookgasreiniging. Die functioneert goed, want het rookgas dat
 het gebouw via een honderd meter hoge schoorsteen verlaat, is bijna zuivere waterdamp.
 In de buik van het gebouw valt het overblijfsel van de reiniging in grote plastic zakken met
 een inhoud van een kubieke meter. Elk half uur is een zak vol.
 Dat residu is zwaar verontreinigd. Tussen het calciumchloride zitten zware metalen,
20  afkomstig uit het huishoudelijk afval. Bovendien ontstaan tijdens de verbranding behalve
 zoutzuur ook de beruchte dioxines. Deze hechten zich aan koolstofdeeltjes die samen met
 de kalk in de hete rook worden geblazen. Ook die belanden in de grote plastic zakken. Het
 mengsel heeft daardoor geen mooie witte zoutkleur, maar ziet er vaalgrijs uit.
 „We zijn bezig de vuilstort in Zaanstad te vullen met deze zakken”, zegt De Vries.
25  De nieuwe plannen van de AVI maken hieraan een einde en leveren een besparing op van
 ruim drie miljoen gulden per jaar aan vermeden stortkosten. Jaarlijks rest er dan slechts
 driehonderd ton onverwerkbaar afval.
 Om een bruikbaar zout te krijgen, zijn diverse veranderingen nodig. In de huidige situatie
 zijn de rookgassen nog behoorlijk zuur na de behandeling met kalk. Elders in de
30  rookgasinstallatie worden ze geneutraliseerd met natronloog. In de nieuwe opzet geven de
 gassen hun laatste restje zuur af aan water. Het zuur in dat water zal worden
 geneutraliseerd door het eerder gevormde rookgasreinigingsresidu.
 Om bruikbaar zout te krijgen, moet het nu natte residu van de rookgasreiniging worden
 gereinigd. Daartoe gaat het door een filter waarin de vaste delen achterblijven. In de
35  filterkoek zitten de onverwerkbare fijne deeltjes met de dioxines. De zoute vloeistof wordt
 vervolgens ontdaan van de zware metalen en ingedampt tot calciumchloride. Een
 toepassing is gladheidbestrijding.
 De Amsterdamse oplossing is aardig, maar niet ideaal. De Vries: „Het is beter als het PVC
 uit het huishoudelijk afval verdwijnt. Dan zijn er minder problemen met het verbranden.”
40  De vorming van zoutzuur beperkt de productie van elektriciteit. Nu levert de installatie
 15 procent van de Amsterdamse stroombehoefte; dat kan in principe verdubbelen als
 huisvuil geen PVC zou bevatten.
 De milieugroepen hebben onlangs bij de Tweede Kamer aangedrongen om het gebruik van
 PVC terug te dringen. Toch zal PVC niet snel in de ban worden gedaan. De belangen zijn
45  groot; de industrie wil de goedkope kunststof niet kwijt.


naar: de Volkskrant