Background image

terug

Handelingen der Tweede Kamer

Uit de Handelingen der Tweede Kamer van 24 september 1851

Ik ben, Mijne Heren, een vriend, een voorstander van vrijheid, vooral ook op het gebied van onderwijs. Een van de oudste strijders hiervoor ben ik. Ik weet dat die vrijheid (…) menige niet-heilzame vrucht zal dragen. Onder deze tel ik die welke de spreker verlangt; het zijn sektescholen; ik acht die niet wenselijk. Maar ik zal daarom niet het minst aan die vrijheid tornen. Maar U moet me niet vragen vanwege zulke sektescholen de indiening van een ontwerp te bespoedigen, of voorlopige maatregelen eisen met als doel aan een partij een vrijheid te geven waarvan men in mijn ogen gebruik kan maken op een zodanige manier dat die niet met het algemeen belang overeenstemt.