terug
Botsende belangen bijlage
De overheid in één van de eurolanden heeft in het kader van de economische politiek onder
andere de volgende twee doelstellingen:
- volledige benutting van de productiecapaciteit;
- evenwicht op de lopende rekening van de betalingsbalans.
Doordat dit land lid is van de Economische en Monetaire Unie (EMU) is er geen ruimte om
een eigen rente- of wisselkoerspolitiek te voeren. Wel kan de overheid in dit land
begrotingspolitiek inzetten om doelstellingen van economische politiek te bereiken. Binnen
de EMU is onder andere afgesproken dat het overheidstekort in een land niet hoger mag zijn
dan 3% van het nationale inkomen.
Nationale doelstellingen van economische politiek kunnen soms in conflict komen met
afspraken binnen de EMU. Dit kan toegelicht worden met onderstaand model.
(1) C = 0,7(Y - B) + 44 (2) B = 0,2Y (3) I = 80 (4) O = 112 (5) E = 116 - 14D (6) M = 0,2Y + 10D (7) D = 0,96 (8) EV = C + I + O + E - M (9) Y = EV (10) Y* = 0,25K (11) K = 2.156 |
C = particuliere consumptie B = overheidsontvangsten I = particuliere investeringen O = overheidsbestedingen E = exportwaarde lopende rekening M = importwaarde lopende rekening D = koers euro in dollars EV = effectieve vraag Y = nationaal inkomen Y* = productiecapaciteit K = kapitaalgoederenvoorraad |
Alle bedragen luiden in miljarden euro’s, tenzij anders vermeld is.
In de uitgangssituatie bedraagt de multiplier van de autonome bestedingen 1,5625 en
bedraagt het evenwichtsinkomen 514.