terug
Vraag 25
De temperatuurstijging van het gas wordt
gemeten met een zogenaamd
thermokoppel. Zo'n thermokoppel bestaat
uit draden van twee soorten metaal,
in dit
geval koper en constantaan. Zie figuur 12.
Er zijn twee contactpunten waar de beide
soorten metaaldraad met elkaar zijn
verbonden.
Als er tussen deze punten een
temperatuurverschil heerst, geeft het
thermokoppel een spanning af.
Die spanning is recht evenredig met het
temperatuurverschil.
In de anemometer zijn de contactpunten van het thermokoppel bevestigd in de openingen
van het buisje D en E. Zie figuurtje. Er geldt nu:
- VQ > VP als TE > TD
- ΔV / ΔT = 40 µVK-1
De schuifweerstand uit figuurtje wordt vervangen door een elektronisch instelbare
weerstand R
e. Zie tweede figuur. Op deze weerstand is het uiteinde Q van het thermokoppel
aangesloten. Ook is een vaste referentiepotentiaal
Vref op deze weerstand aangesloten.
De weerstand R
e heeft de volgende eigenschappen:
- zolang VQ > Vref neemt de weerstand van Re toe;
- als VQ = Vref verandert de weerstand van Re niet;
- zolang VQ < Vref neemt de weerstand van Re af.
Het uiteinde P van het thermokoppel is geaard.
Het temperatuurverschil tussen D en E wordt op 0,10 K gehouden.
Bereken welke waarde
Vref daartoe moet hebben.