Vervolgens wordt in de schakeling ook een condensator opgenomen. Zie figuur 4.3.
De condensator is aanvankelijk ongeladen en heeft een capaciteit van 10 μF.
Op t = 0 wordt de schakelaar gesloten. Het verloop van de stroomsterkte I als functie van de
tijd is in figuur 4.4 weergegeven.
Uit figuur 4.2 en figuur 4.4 is te zien dat het verloop van de stroomsterkte onmiddellijk na
t = 0 hetzelfde is als bij de vorige proef.
Leg uit waardoor de condensator geen invloed heeft op het verloop van de stroomsterkte
onmiddellijk na t = 0.