J. Hamel kreeg met zijn voorstel veel kritiek van partijgenoten van de PvdA, onder andere
van het Kamerlid Oudkerk, zie bijlage "Voorrang voor vermogenden", regel 34-40.
Met welke sociaal-democratische uitgangspunten staat het standpunt van Hamel over
commerciële gezondheidszorg op gespannen voet?
Noem er twee.