Stel dat Lovers verwacht dat de totale constante kosten (TCK) van deze verbinding per
jaar ƒ 100.000 bedragen. De totale variabele kosten (TVK) bedragen naar verwachting:
TVK = 0,25Q, waarbij Q staat voor het aantal reizigerskilometers. Stel verder dat Lovers
in het eerste jaar de prijs (P) vaststelt op ƒ 0,30 per reizigerskilometer, waarbij 200.000
reizigerskilometers (Qv) worden verkocht.
Stel dat de marketingafdeling van Lovers voor de Kennemerland Express in het eerste
jaar uitgaat van een lineaire vraagfunctie en van een prijselasticiteit van de vraag van
-0,75.
Leid, uitgaande van de gegeven prijselasticiteit, af dat de vergelijking van de collectieve
vraaglijn van de Kennemerland Express in het eerste jaar luidt:Qv = -500.000P + 350.000.