Background image

terug

Vraag 22

Een oplossing van een ijzer(II)zout kan worden getitreerd met een oplossing van een cerium(IV)zout. De vergelijking van de daarbij optredende reactie is:

Fe2+ + Ce4+ →← Fe3+ + Ce3+

Dit is een evenwichtsreactie.Het evenwicht ligt uiterst rechts.
Bij deze titratie verandert de potentiaal in het titratievat. Onder de potentiaal in het titratievat wordt in deze opgave verstaan de potentiaal van een in de oplossing geplaatste platina-elektrode, gemeten ten opzichte van de standaardwaterstofelektrode.
De verandering van de potentiaal kan tijdens de titratie worden gevolgd. Omdat in de praktijk de standaardwaterstofelektrode niet erg bruikbaar is, wordt bij zo’n titratie meestal gebruik gemaakt van een andere referentie-elektrode, bijvoorbeeld een koperelektrode geplaatst in een 1,0 M kopersulfaatoplossing. Een opstelling die men bij zo’n titratie zou kunnen gebruiken is de volgende:



Gebruikt men deze opstelling, dan is bij iedere meting van het potentiaalverschil tijdens de titratie de platina-elektrode positief ten opzichte van de koperelektrode.

Bereken de potentiaal (in volt, bij 298 K) in het titratievat als het gemeten potentiaalverschil 0,85 V bedraagt.