Background image

terug

Vraag 14

In Twente zit in de bodem een laag steenzout die hoofdzakelijk uit natriumchloride bestaat. De winning van het steenzout en de verwerking tot zuiver natriumchloride is een complex proces.
De eerste stap in dit proces is extractie. Een buis wordt tot in het steenzout neergelaten. In deze buis wordt een smallere buis neergelaten, die dieper in de steenzoutlaag reikt. Door de ruimte tussen de beide buizen wordt water naar beneden gevoerd, waarin de oplosbare bestanddelen van het steenzout oplossen. De gevormde oplossing, die ruwe pekel wordt genoemd, gaat door de druk van het water via de binnenbuis omhoog. Bovengronds wordt deze ruwe pekel in een continu proces verder verwerkt tot zuiver natriumchloride. Het bovengrondse verwerkingsproces kan in een blokschema worden weergegeven. In dit blokschema komen drie blokken (aangeduid met ruimte 1, ruimte 2 en ruimte 3) voor. Hieronder is dit blokschema onvolledig afgebeeld. Vrijwel alle stofstromen ontbreken.



Ruwe pekel bestaat uit water, natriumchloride en geringe hoeveelheden van diverse ionsoorten, zoals magnesiumionen (240 g m-3) en sulfaationen. In ruimte 1 wordt aan de ruwe pekel calciumoxide toegevoegd. Vrijwel alle magnesiumionen slaan als magnesiumhydroxide neer. De pH van het mengsel is dan 11,1 en de temperatuur van het mengsel is 30 °C.

Laat door berekening zien dat in ruimte 1 minder dan 1% van de magnesiumionen die in ruwe pekel voorkomen, opgelost blijft. De waarde van het oplosbaarheidsproduct van magnesiumhydroxide bij de omstandigheden in ruimte 1 is 9,0·10-11 en pKw = 13,83.