Beton wordt gemaakt uit cement, water, zand en grind. Het cement gaat
een reactie aan met water, waardoor onder andere calciumhydroxide
(Ca(OH)2) ontstaat. Er ontstaat een hard materiaal. Door een overmaat
aan water bevat beton ook met water gevulde poriën. De poriën in beton
bevatten onder andere een verzadigde oplossing van calciumhydroxide.
Er stelt zich het volgende evenwicht in:
Ca(OH)2 Ca2+ + 2 OH- (evenwicht 1)
Bereken de pH van dit poriewater (T = 298 K). Neem aan dat alleen het
opgeloste calciumhydroxide de pH bepaalt.
Gebruik Binas-tabel 46; de onder Ks gegeven waardes zijn de waardes
voor de betreffende evenwichtsconstantes.