In de onderste laag is tetrabutylammoniumchloride aanwezig, een stof die
schematisch kan worden weergegeven met de formule Bu4N+Cl-.
De polymerisatie verloopt als volgt: aan het grensvlak tussen beide lagen
bindt elk bisfenolaation twee Bu4N+ ionen. Het zo ontstane deeltje is goed
oplosbaar in dichloormethaan. In de dichloormethaanlaag reageert dit
deeltje met twee moleculen fosgeen. Hierbij ontstaan
chloride-ionen en een molecuul met aan beide uiteinden
een groep, zoals hieronder is weergegeven.
De twee Bu4N+ ionen komen hierbij weer vrij.
Het deeltje dat ontstaat als een bisfenolaation met twee moleculen
fosgeen heeft gereageerd, kan aan beide uiteinden met bisfenolaationen
reageren. In deze reactie ontstaan ook chloride-ionen. Het molecuul dat
hierbij ontstaat, reageert weer aan weerszijden met fosgeen. Dit patroon
herhaalt zich vele malen en zo ontstaat uiteindelijk het polymeer.
Geef van lexaan een gedeelte uit het midden van een polymeermolecuul in structuurformule weer. Dit gedeelte dient te bestaan uit twee monomeereenheden fosgeen en twee monomeereenheden bisfenol-A.