Bij cavia's komen verschillende kleuren van de vacht (wit en zwart)
en van de vorm van de haren van de vacht (ruig en glad) voor. De
allelen Q en q coderen voor de vachtkleur, de allelen R en r voor
de vorm van de haren.
Een aantal cavia's met hetzelfde genotype (de oudergroep) paart.
Zij krijgen een groot aantal nakomelingen. De meeste van deze
nakomelingen hebben een zwarte, ruigharige vacht; een klein aantal
heeft een witte, gladharige vacht. Bovendien zijn er ongeveer
evenveel nakomelingen met een witte, ruigharige vacht als met een
zwarte, gladharige vacht.
Wat is het genotype van de cavia's in de oudergroep? Gebruik de
gegeven letters voor de allelen.