Bij implantatie van een alvleesklier wordt ook een stukje van de twaalfvingerige darm
van de donor geïmplanteerd.
Aan dit stukje van de twaalfvingerige darm bevindt zich de afvoerbuis van de
geïmplanteerde alvleesklier. De darm wordt op de urineblaas van de ontvanger
aangesloten (zie de afbeelding). Deze aansluiting is van wezenlijk belang voor het slagen
van de alvleesklierimplantatie.
Waartoe is het noodzakelijk dat een stukje darm wordt mee geïmplanteerd en aangesloten op de urineblaas?