Background image

terug

Vraag 22

Kruisingen
Een bepaalde plantesoort heeft drie allelen voor bloemkleur: de dominante allelen Er voor rood en Eb voor blauwen het recessieve alle l e voor geel. Een plant met genotype E'E" heeft paarse bloemen. Bij deze plantesoort wordt de bloemkleur door één allelenpaar bepaald.
Een plant met rode bloemen wordt bestoven met stuifmeel van een plant met blauwe bloemen. De generatie nakomelingen die ontstaat, bestaat uit de volgende groepen planten:
groep 1: 66 planten met paarse bloemen,
groep 2: 65 planten met gele bloemen,
groep 3: 59 planten met rode bloemen,
groep 4: 57 planten met blauwe bloemen.
Deze nakomelingen worden vervolgens door zelfbestuiving verder gekweekt. Er wordt van uitgegaan dat geen mutaties en/of crossing-overs optreden.

Welke van de genoemde groepen zal of welke zullen uitsl uitend nakomelingen opleveren die hetzelfde genotype met betrekking tot de bloemkleur hebben als de planten waaruit ze zijn ontstaan?