Background image

terug

Vraag 50

Bij een bepaalde Allomycessoort zijn de genen voor drie eigenschappen gekoppeld. De dominante allelen zijn E, F en G.
Uit een diploïde schimmel van deze soort ontstaan 1000 exemplaren van de haploïde generatie (zie de afbeelding).
In de haploïde generatie komen acht verschillende fenotypen voor. De corresponderende genotypen komen in de volgende aantallen voor:

EfG 378
eFg 355
Efg 2
eFG 3
EFg 80
efG 72
EFG 58
efg 52
De volgorde van de allelen is willekeurig gegeven.

Wat is in de diploïde generatie de juiste ligging en volgorde van de genoemde allelen in de chromosomen, zie het plaatje (A, B of C)?

terug

Bijlage(n)

Bij deze vraag worden één of meerdere bijlagen gebruikt.

Bijlage: Allomyces