Background image

terug

Vraag 29

In het meer leven onder andere brasems, die zich voeden door met geopende bek rond te zwemmen. Daarbij worden verschillende prooien naar binnen gezogen. Brasems kunnen een prooi vangen zonder deze te zien. Blankvoorn, spiering, baars en pos zien hun prooi wél: ze kiezen een opvallend exemplaar uit en happen dit op. De snoekbaars jaagt op alle genoemde vissen. Hij heeft de meest gevoelige ogen en kan zijn prooi ook 's nachts en in troebel water vinden.
De invloed van de eerder genoemde eutrofiëring op de samenstelling en dichtheid van de vissengemeenschap in het meer is vastgesteld aan de hand van de visvangsten gedurende een aantal jaren. De massa's van de verschillende soorten vis per vangst worden vergeleken.
In het diagram in bijlage "Brasem" zijn de hoeveelheden brasem uitgezet tegen de totale vangst van blankvoorn + pos + baars + spiering.

In het diagram is een vangst P aangegeven.

  • Heeft vangst P naar alle waarschijnlijkheid voor of na de eutrofiëring plaatsgevonden?
  • Leg je antwoord uit.

terug

Bijlage(n)

Bij deze vraag worden één of meerdere bijlagen gebruikt.

Bijlage: Brasem