Background image

terug

Vraag 22

In een krantenartikel wordt een deel van het onderzoek van dr Jeffrey Hillman besproken. Hillman hoopt in de toekomst preventieve tandheelkundige zorg toe te kunnen passen op de mens.

Nooit meer gaatjes
De mondholte bevat honderden soorten bacteriën, vooral in de tandplaque. In een net gepoetste mond blijft het aantal bacteriën beperkt tot enkele miljoenen exemplaren, maar het kan oplopen tot een miljard. De meeste bacteriesoorten zijn goedaardig, maar sommige veroorzaken cariës (tandbederf). Streptococcus mutans is verantwoordelijk voor het gros van de gaatjes. Deze bacterie zet op en tussen de tanden sacharose om in melkzuur. Elke mens heeft zijn eigen stam van deze bacterie en draagt die levenslang mee. Kinderen krijgen de mondbacterie tussen hun tweede en vierde jaar, meestal via hun moeder.
Cariës kan voor een belangrijk deel voorkomen worden door S. mutans in de mondholte te vervangen door een mutant die geen melkzuur maakt. Het onderzoek van Hillman bestond uit drie stappen.
Eerst werd met behulp van biotechnologie een S. mutans-stam gemaakt, de A2JM-stam die in plaats van melkzuur, ethanol produceert. Daartoe werd een gen ingebouwd afkomstig van de ethanol-producerende bacterie Zymomonas mobilis.
De tweede stap was het zoeken naar een A2JM-bacterie die in staat is om de cariësbacteriën te verdringen. Honderden generaties later werd een A2JM-stam gevonden die de gewone S. mutans verdringt door het uitscheiden van een antibioticum.
Als laatste stap voordat onderzoek op de mens kon beginnen, werd de werking van de A2JM-bacteriën bij ratten onderzocht.

Er kan niet worden volstaan met het blokkeren van de melkzuurvorming bij S. mutans. Er moet ook een gen worden ingebouwd afkomstig van een ethanolproducerende bacterie.

Leg uit waarom dit noodzakelijk is.