Lees de bijlage
Verondersteld wordt dat de basis voor PKS wordt gelegd bij de vorming
van geslachtscellen. Als een chromosomenpaar of de chromatiden van
een chromosoom tijdens meiose niet uit elkaar gaan (nondisjunctie), kan
dat leiden tot de vorming van een geslachtscel waarin een chromosoom te
veel of te weinig aanwezig is.
Nondisjunctie kan plaatsvinden tijdens meiose I en tijdens meiose II.
Is de kans op een extra chromosoom in een geslachtscel groter bij nondisjunctie in meiose I, bij nondisjunctie in meiose II, of is de kans even groot?