terug
Vraag 32
Veel astmapatiënten zijn overgevoelig voor bepaalde antigenen die bij |
inademing in de bronchiën komen en daar een allergische reactie veroorzaken. |
Zo een astma-aanval wordt gekenmerkt door benauwdheid en kortademigheid, |
veroorzaakt door een krampachtig samentrekken van spieren in de wand van de |
bronchiën. De antigenen brengen in bepaalde cellen in de slijmlaag van de |
luchtwegen de productie van een antistof type Ig-E op gang. Deze antistof |
sensibiliseert in de wand van de bronchiën mestcellen, die reageren door |
bepaalde stoffen af te geven. Deze stoffen veroorzaken, onder andere via het |
zenuwstelsel, het optreden van spiercontracties in de wand van de |
luchtpijpvertakkingen. |
- Hoort de productie van Ig-E tot de aspecifieke en/of tot de specifieke
afweer?
- Welke cellen produceren deze antistof?
type afweer: aspecifiek, productie door: B-lymfocyten
type afweer: aspecifiek, productie door: T-lymfocyten
type afweer: pecifiek, productie door: B-lymfocyten
type afweer: pecifiek, productie door: T-lymfocyten
type afweer: pecifiek, productie door: B-lymfocyten T-lymfocyten
type afweer: aspecifiek en specifiek, productie door:B-lymfocyten T-lymfocyten