Voor L geldt dus: L = 10−5,6−0,4m.
In het sterrenbeeld Steenbok bevindt zich een optische dubbelster: twee
sterren die met het blote oog als één object worden waargenomen. Na
meting blijkt dat voor de ene ster geldt m = 4,30 en voor de andere ster
m = 3,58. De waarde van L van de optische dubbelster is de som van de
L-waarden van de afzonderlijke sterren.
Bereken de magnitude van de optische dubbelster. Rond je antwoord af op één decimaal.