In figuur 3 is het lijnstuk AB getekend op een tijdstip waarop het horizontaal is
en boven de x-as ligt.
figuur 3
Er zijn twee tijdstippen waarop het lijnstuk AB horizontaal is en onder de
x-as ligt.
Bereken voor één van deze tijdstippen de coördinaten van A, afgerond op één decimaal, en teken het bijbehorende lijnstuk AB in de figuur op de uitwerkbijlage.