Background image

terug

Vraag 18

Gegeven zijn een cirkel met middelpunt M en een lijnstuk AB buiten de cirkel. De lijn door A en B snijdt de cirkel niet. Punten P en Q worden zodanig op de cirkel gekozen dat aan de volgende voorwaarden is voldaan:

  • koorde PQ is evenwijdig aan lijnstuk AB;
  • lijnstuk AQ snijdt de cirkel in R;
  • lijnstuk BP snijdt de cirkel in S;
  • AQ snijdt BP binnen de cirkel.
Zie de figuur hieronder.,br>
figuur

Bewijs dat ABSR een koordenvierhoek is. Je kunt hierbij gebruikmaken van de figuur op de uitwerkbijlage.