Tussen 1 meter en ruim 2 meter boven N.A.P. liggen de getekende punten vrijwel op
een rechte lijn. Door deze lijn te trekken krijgen we een model voor het verband
tussen de waterhoogte en het gemiddelde aantal keren per jaar dat deze hoogte
bereikt of overschreden wordt.
Rechtsonder in de figuur bij de tweede vraag van deze opgave wijken de getekende punten nogal van deze lijn af, maar dat
is te verklaren doordat daar weinig waarnemingen zijn. Voor de afwijkingen linksboven
in de figuur ligt dat anders. De punten die horen bij waterhoogten tot ongeveer
0,5 meter boven N.A.P. kunnen onmogelijk op de hierboven genoemde lijn liggen.
Verklaar waarom dat onmogelijk is. Je mag hierbij de figuur op de bijlage bij deze vraag gebruiken.