Background image

terug

Vraag 16

Bij de volgende vraag kijken we niet meer naar percentages, maar naar kosten in euro.
Bij een bepaald productieproces heeft men voor de bijbehorende Pareto-kromme het
volgende wiskundige model gemaakt:

B = 2500 · K0,2

Hierbij stelt K de cumulatieve kosten in euro voor om de verschillende afkeuringsoorzaken
te verhelpen, en B de cumulatieve besparing in euro door de bijbehorende vermindering van
het aantal afkeuringen.

Met dit model is te berekenen dat een investering van bijvoorbeeld 600 euro in het
verhelpen van mankementen een besparing oplevert van bijna 9000 euro. Maar als er
800 euro wordt geïnvesteerd, is de besparing ruim 9500 euro. De keuze K = 800 is dus voor
het bedrijf gunstiger dan de keuze K = 600. De extra besparing van 500 euro is namelijk
groter dan de extra investering van 200 euro. Het is dus heel verstandig om die extra
investering te doen.
Een verhoging van de investering van bijvoorbeeld 3000 naar 3300 euro levert echter een
extra besparing op van minder dan 300 euro. Het is dan dus niet meer verstandig die extra
investering te doen.
De beste keuze van K in dit verband is daar waar het verschil tussen de besparing en de
investering het grootst is. Deze waarde van K kan worden gevonden met behulp van het
opstellen van de afgeleide van B - K.
Stel deze afgeleide op en bereken daarmee welke keuze van K de beste is.