Lenneke besloot destijds om vanaf januari 2005 elke maand 45,41 euro af te
lossen. De hoogte van haar schuld Sn na n maanden voldoet dus aan de
volgende recurrente betrekking1):
Sn+1 = 1,003 · Sn - 45,41 met S0 = 3011
Bij de Oudejaarsloterij van december 2005 wint Lenneke 2500 euro. Zij besluit
dit bedrag op 1 januari 2006 voor haar aflossing te gebruiken.
Heeft Lenneke op 2 januari 2006 nog schulden bij de IBG? Licht je antwoord met
een berekening toe