Background image

terug

Vraag 1

Sinds jaren houdt men zich bezig met de vraag of het mogelijk is een relatie aan te geven tussen enerzijds het gewicht en de lengte van volwassen mensen en anderzijds hun gezondheid. In de loop van de tijd zijn er verschillende formules en vuistregels verschenen. Enkele hiervan komen in deze opgave aan de orde.

Vaak maakt men gebruik van de BMI, de Body Mass Index. De BMI ziet er als volgt uit:
BMI = G / L²
Hierbij is G het gewicht in kilogram en L de lengte in meter.

Mensen met een BMI die ligt tussen 20 en 25 hebben een acceptabel gewicht. Daarmee wordt bedoeld dat zij geen extra risico voor bijvoorbeeld hart- en vaatziekten lopen.
Een BMI van meer dan 25 betekent een verhoogd risico voor hart- en vaatziekten. In die gevallen spreekt men van overgewicht.
Een BMI van minder dan 20 duidt op ondergewicht. Er kan dan sprake zijn van verminderde weerstand door ondervoeding.

Leg met behulp van de formule uit waarom mensen met een gewicht van 125 kg vrijwel allemaal een verhoogd risico voor hart- en vaatziekten hebben.