Papier bevat cellulose, een biopolymeer van glucose. Cellulose kan worden weergegeven
met de formule (C6H10O5)n. Cellulose wordt langzaam gehydrolyseerd wanneer het
vochtig wordt. Door H+ ionen wordt de hydrolyse versneld. Er ontstaan breuken in de
cellulosemoleculen. Hierdoor neemt de gemiddelde waarde van n af. Het papier gaat in
kwaliteit achteruit, het wordt bros en kan op den duur uit elkaar vallen.
Hieronder is een stukje uit een cellulosemolecuul in structuurformule weergegeven.
Teken de structuurformules van de fragmenten die ontstaan als in dit stukje door hydrolyse
een breuk optreedt.