Background image

terug

Vraag 2

Tijdens het fabricageproces van papier wordt ook aluminiumsulfaat, Al2(SO4)3, toegevoegd. Als aluminiumsulfaat oplost, ontstaan Al(H2O)6 3+ ionen. Deze ionen kunnen zich als zuur gedragen, en reageren met R- ionen uit het NaR. Deze reactie kan als volgt in een vergelijking worden weergegeven:

Al(H2O)63+ + R- → AlOH(H2O)52+ + HR (reactie 1)

De ontstane AlOH(H2O)52+ ionen reageren door met R- ionen. Hierbij worden twee watermoleculen in het AlOH(H2O)52+ ion vervangen door R- ionen:

AlOH(H2O)52++ 2 R- → AlOHR2(H2O)3 + 2 H2O (reactie 2)

Zowel AlOHR2(H2O)3 als HR zijn slecht oplosbaar in water. Deze stoffen hechten zich aan de papiervezels en zorgen ervoor dat het papier waterproof wordt. Tijdens het fabricageproces van een bepaald soort papier worden de hoeveelheden aluminiumsulfaat en abieetzuur zodanig gekozen dat de molverhouding waarin Al(H2O)63+ en R- worden samengevoegd Al(H2O)63+: R- = 1,0 : 2,8 is. Bereken de molverhouding AlOHR2(H2O)3 : HR waarin deze stoffen zullen ontstaan. Ga ervan uit dat reacties 1 en 2 beide aflopend zijn en dat reactie 1 zoveel sneller verloopt dan reactie 2, dat na afloop van de reacties geen Al(H2O)63+ over is.