Verbindingen zoals stof A kunnen gemakkelijk water afsplitsen waarbij een C = C binding
ontstaat tussen het C-atoom naast de C = O en het C atoom waaraan de OH groep was
gebonden.
Uit stof A ontstaat na afsplitsing van water stof B met de volgende structuurformule:
Op grond van structuurkenmerken zijn koolstofverbindingen in een aantal klassen in te
delen. Voorbeelden van zulke klassen zijn: koolwaterstoffen, carbonzuren, etc. Stof B is op
grond van zijn structuurkenmerken onder te brengen in meerdere klassen van
koolstofverbindingen. Zo behoort stof B onder andere tot de aldehyden.
Noem drie andere klassen van koolstofverbindingen waartoe stof B kan worden gerekend.