Background image

terug

Vraag 10

In alinea 5 is sprake van exacte wetenschappen die “de al te naïeve verwachtingen logenstraffen”. Uit het woord “naïeve” blijkt dat deze verwachtingen niet hoog worden ingeschat.

Citeer nog drie afzonderlijke woordgroepen of zinsdelen uit het tekstgedeelte van alinea 2 tot en met 4 waarbij uit de woordkeuze blijkt dat er in de ogen van de auteur sprake is van naïeve verwachtingen.

terug

Bijlage(n)

Bij deze vraag worden één of meerdere bijlagen gebruikt.

Bijlage: De illusies van de kenniseconomie