Background image

terug

Vraag 14

uitkomst: m = 5,5 kg

voorbeeld van een berekening:
V = 0,50 · πr²l = 0,50 · π · 0,090² · 0,43 = 5,47 · 10–3
m = ρV = 0,998 · 10³ · 5,47 · 10–3 = 5,5 kg.

  • inzicht dat V = 0,50 · πr²l, 1 punt
  • gebruik van m = ρV ρ en opzoeken dichtheid van water, 1 punt
  • completeren van de berekening, 1 punt
Opmerking
Als gebruik is gemaakt van 1 L water heeft een massa van 1 kg: goed rekenen.