In de tank zit nu lucht van 17 °C en 2,00·105 Pa . De kraan van het spuitstuk
wordt geopend. Er spuit 15 mL water per seconde uit de tank, gedurende 100 s.
Neem aan dat de temperatuur van de lucht niet verandert.
Vul de onderstaande tabel in en teken in de onderstaande grafiek van de druk van de lucht
in de tank tegen de tijd van 0 tot 100 s. Geef alle waarden in de tabel in drie
significante cijfers.
t (s) | Vlucht (L) | p (105 Pa) |
0 | 3,50 | 2,00 |
20 | ||
40 | ||
60 | ||
80 | ||
100 |