In 1999 schreef Winnie Sorgdrager een boek over haar ministerschap, getiteld ’Een
verantwoordelijke minister’. Zij was minister van Justitie in het eerste kabinet-Kok (1994-1998).
Deze opgave is opgebouwd aan de hand van fragmenten uit het boek waarin ze de ontwikkelingen
op het gebied van criminaliteit en strafrecht in Nederland van de afgelopen jaren schetst.
Bij deze opgave horen de bijlagen "Een verantwoordelijke minister", "Een verantwoordelijke minister twee", "Honger naar straf" en de bijlage "diagrammen".
Zie regels 1-7 uit bijlage "Een verantwoordelijke minister".
A Geef twee redenen waarom een officier van justitie kan beslissen een zaak niet voor de
rechter te brengen.
B Welk beginsel ligt ten grondslag aan deze redenen en wat houdt dit beginsel in?