Bij deze opgave hoort de bijlage "Strategisch kiezen + tabel 1 en 2".
Inleiding
Continu wordt gemeten op hoeveel zetels de politieke partijen ‘staan’. Over de
betekenis van opiniepeilingen voor de werking van de democratie verscheen in
2006 een boek geschreven door W.L. Tiemeijer: Wat 93,7 procent van de
Nederlanders moet weten over opiniepeilingen.
In de bijlage is een passage uit dit boek opgenomen. Deze passage heeft
betrekking op de invloed van opiniepeilingen op het stemgedrag van de kiezer
en op het nieuws.
Lees de regels 1 tot en met 45 van de bijlage en zie tabel 1 in de bijlage.
In de regels 10-16 geeft de auteur een definitie van strategisch stemmen.
Leg uit dat het Nederlandse kiesstelsel strategisch stemmen in de hand werkt.