In vroegere samenlevingen, aldus Taylor in zijn boek ’De malaise van de moderniteit’,
werd de identiteit van een persoon grotendeels bepaald door zijn of haar sociale positie.
Dat wil zeggen, door zijn of haar plaats in de samenleving en door de rol of activiteiten die
daaraan waren verbonden. Omdat identiteit was gebaseerd op vrij algemeen aanvaarde
sociale categorieën - iemand behoorde bijvoorbeeld tot de adel, de militaire stand, de
geestelijkheid of de burgerij -, vormde erkenning van die identiteit in vroeger tijden
vrijwel nooit een probleem.
In de moderne tijd ligt dit alles wat anders.Het ineenstorten van traditionele sociale
hiërarchieën en de opkomst van het authenticiteitsideaal hebben volgens Taylor geleid tot
een andere opvatting over de identiteit van een persoon dan voorheen en tot het inzicht
dat erkenning van iemands identiteit door anderen niet op voorhand vaststaat, maar moet
worden verworven.
Geef aan welke rol volgens Taylor erkenning door anderen speelt bij de vorming van
iemands persoonlijke identiteit (in authentieke zin).