Volgens McMullin is de ontwikkeling van een begrip als ’elektron’ alleen te begrijpen als
we aannemen dat de verbeelding daarbij een belangrijke rol speelt. Hempel wees al eerder
op het belang van de verbeelding bij wetenschappelijk onderzoek. Hij noemde verlangens,
mystieke belangstelling en dromerijen als voedingsbodem voor de verbeelding van de
wetenschappelijk onderzoeker.
Welke rol speelt de verbeelding volgens Hempel bij wetenschappelijk onderzoek?
Maak tevens duidelijk waarom een resultaat dat met hulp van de verbeelding bereikt wordt,
niet bereikt kan worden met logisch redeneren.