Background image

terug

Vraag 7

n de 19e eeuw is de mens opnieuw uitgevonden. Vóór die tijd is het Westerse denken voornamelijk uitgegaan van de rede als de meest specifieke en hoogste menselijke eigenschap.
Sinds Rousseau echter ontstaan er opvattingen die juist de tekortkomingen van het redelijke deel van de mens benadrukken. De Romantiek van de 19e eeuw ontdekt en herwaardeert de passies en hartstochten.
Gustave Flaubert, de schrijver van Madame Bovary, is één van de intellectuelen uit de 19e eeuw die zich niet kunnen vinden in gangbare opvattingen van moraal, waarheid en rationaliteit. In de weinig bezielde, systematische toepassing van wat redelijk werd geacht, miste hij bij zijn tijdgenoten oprechtheid en passie voor bijvoorbeeld het goede of de waarheid.
Over het gros van hen schrijft Flaubert bijvoorbeeld het volgende (zie bijlage).

Als Flaubert gelijk heeft, en ‘middelmatigheid’ bestaat uit het toepassen van regels zonder al te veel na te denken, kun je je afvragen of het stelselmatig zoeken van het juiste midden niet ook hieronder valt. Iemand die dit vindt, zou kunnen zeggen dat de deugdethiek iets routinematigs heeft en de nodige passie ontbeert.

Geef twee redenen waarom het deugdethisch zoeken van het juiste midden niet als routine kan worden "afgehandeld"(zie bijlage).

terug

Bijlage(n)

Bij deze vraag worden één of meerdere bijlagen gebruikt.

Bijlage: De Regel