Background image

terug

Vraag 8

Eén van de tests die Dijksterhuis in zijn boek bespreekt, is de ‘Impliciete associatie Test’ of IAT. Uit de resultaten van deze test lijkt het dat mensen onbewust discrimineren, hoewel de deelnemers aan de test zeggen dit niet te doen als je het hen vraagt:

tekst 2

In de IAT worden een aantal dia’s achter elkaar aangeboden. De opdracht luidt om met een linker- of rechterknop aan te geven tot welke categorie een bepaalde stimulus behoort. Er zijn vier verschillende categorieën, waarvan twee een reactie van de linker- en twee een reactie van de rechterhand vragen. Dit kunnen bijvoorbeeld woorden zijn als ‘insecten’, ‘bloemen’, ‘prettige woorden’ of ‘onprettige woorden’. Of, woorden als ‘vrouw’, ‘man’, ‘carrière’ of ‘gezin’.



Het blijkt dan dat als mensen ‘promotie’ met ‘vrouw - carrière’ moeten koppelen, ze er langer over doen dan wanneer ze ‘Elsje’ met ‘ vrouw- gezin’ moeten koppelen.
Onbewust koppelen mensen vrouwen eerder aan gezin dan aan een carrière.

naar: Wikipedia, Psychologie, 29 oktober 2014

Als je naar de uitkomsten van deze test kijkt, lijkt het alsof we er niets aan kunnen doen dat we nou eenmaal seksistisch zijn. Onbewust verbinden veruit de meeste mensen vrouwen met gezin en mannen met carrière. Filosofen als John Gray trekken uit wetenschappelijk onderzoek de conclusie dat we geen vrije wil hebben.
Toch kan uit dit onderzoek volgens de filosoof Charles Taylor niet de conclusie worden getrokken dat we geen vrije wil hebben. Aan de hand van de concepten zwakke en sterke zelfevaluatie betoogt Taylor dat we wel degelijk over een vrije wil kunnen beschikken.

Beargumenteer op basis van het voorafgaande dat Gray de IAT goed zouden kunnen gebruiken om zijn eigen theorie te ondersteunen. Leg vervolgens uit welke kritiek Taylor zou hebben op de opvatting van Gray. Gebruik in je uitleg het verschil tussen sterke en zwakke zelfevaluatie.