Background image

terug

Vraag 17

In de publieke opinie heerste verontwaardiging over het gedrag van Van der Sloot. Het lijkt erop dat die verontwaardiging werd versterkt doordat hij mogelijk al eerder betrokken was bij de verdwijning van Natalee Holloway een aantal jaren eerder. Op 29 mei 2005 ontmoette Van der Sloot dit Amerikaanse meisje en reden ze naar een strand, waar hij haar rond 3 uur ’s nachts achterliet. Daarna is nooit meer iets van Natalee Holloway vernomen.
Zijn betrokkenheid bij deze verdwijning heeft Van der Sloot officieel steeds ontkend, maar in het televisieprogramma van misdaadjournalist Peter R. de Vries heeft hij voor een verborgen camera wel toegegeven dat hij bij de verdwijning betrokken was. Later trok hij dat echter weer in. In de media stond daarover het volgende bericht.

tekst

Misdaadverslaggever Peter R. de Vries beschikt over opnamen die met een geheime camera gemaakt zijn waarop Van der Sloot vertelt dat Natalee Holloway na een vrijpartij op het strand onwel geworden zou zijn.
Van der Sloot zou daarop in paniek een vriend hebben gebeld. Deze vriend, die nog niet eerder in beeld was bij justitie, zou het levenloze lichaam van het meisje vervolgens vanaf een bootje in zee hebben gedumpt.
In een telefonisch interview met Pauw en Witteman bevestigde Van der Sloot gisteren dat hij dit verhaal heeft verteld, maar dat het niet waar is. Dit is heel erg dom, aldus Van der Sloot.
Peter R. de Vries was niet onder de indruk van de verklaring van Van der Sloot. De Vries houdt vol dat uit zijn reconstructie zal blijken dat Van der Sloot betrokken is bij de verdwijning van Holloway.
Het Openbaar Ministerie op Aruba bevestigde gisteren dat beeldmateriaal van De Vries essentiële informatie bevat die tijdens het onderzoek naar de verdwijning van Holloway ontbrak. Dat is aanleiding geweest om het onlangs gesloten onderzoek naar de verdwijning van Holloway te heropenen.

bron: NRC Handelsblad, 26 april 2007 en 2 februari 2008

Vooral zijn optreden voor de verborgen camera en zijn latere ontkenning iets met de verdwijning van doen te hebben, zetten bij veel mensen kwaad bloed.
Wanneer we de verontwaardiging in de publieke opinie willen beoordelen, zouden we kunnen aansluiten bij de Britse filosoof Peter Strawson die een dergelijke houding een ‘reactieve attitude’ zou noemen.
Aansluitend bij de Amerikaanse filosoof Derk Pereboom zouden we echter ook kunnen spreken van ‘morele woede’.

Zouden Strawson en Pereboom bovenstaande publieke verontwaardiging kunnen verklaren als respectievelijk ‘reactieve attitude’ en als ‘morele woede’?
Leg daarbij uit wat Strawson onder ‘reactieve attitude’ verstaat en wat volgens Pereboom ‘morele woede’ inhoudt en geef een verschil tussen beide begrippen.