Een risico van uitingen van morele woede en verontwaardiging is, zeker
wanneer deze door gezagsdragers als officiers van justitie wordt geuit, het
ontstaan van maatschappelijke onrust, eigenrichting en geweld.
Volgens de hedendaagse filosoof Derk Pereboom is het onder andere deze
morele woede die maakt dat we, wat Pereboom betreft ten onrechte, geloof
hechten aan het bestaan van een vrije wil en van morele verantwoordelijkheid.
Volgens Pereboom kan de stroming van het harde incompatibilisme ons leven
verrijken door de gemoedsrust te brengen waarmee we de risico’s van morele
woede het hoofd kunnen bieden.
Op grond van welke argumentatie concludeert Pereboom dat morele woede zou
leiden tot een geloof in het bestaan van de vrije wil?
Geef deze argumentatie weer en leg uit hoe het harde incompatibilisme volgens
Pereboom gemoedsrust mogelijk maakt.