Background image

terug

Vraag 6

Eén van de filosofen die kritiek heeft op de positie van Swaab is de cognitiewetenschapper Marc Slors. We kunnen ons, volgens hem, afvragen of bewustzijn wel een noodzakelijke voorwaarde is om van een vrije wil te kunnen spreken. Onbewust gedrag voelt namelijk soms juist vrij. Slors zegt over onbewust gedrag:

tekst 2
Handelen zonder dat je van tevoren goed weet wat je precies gaat doen is mensen
heel vertrouwd. Een jazzmuzikant merkt wel welke noten er gaan klinken; Arjen
Robben dribbelt langs zijn tegenstander zonder bewust te plannen hoe hij zijn voeten
zal zetten. Je kunt praten, muziek maken, sporten, zonder vooraf bewuste
beslissingen te nemen die je spieren in actie gaan zetten. Dat gaat echt buiten je
bewuste om. Maar − en dat is de crux − dat maakt het niet minder jouw gedrag. We
zeggen zelfs: “Typisch een solo van Coltrane, typisch een Robben-doelpunt.” Dus in
de praktijk nemen we het niet zo nauw met de eis dat er bewuste beslissingen aan
een handeling vooraf moeten gaan om echt zelf te kunnen handelen en dus van vrije
wil te kunnen spreken.

bron: Filosofie Magazine, november 2010

Marc Slors stelt, net als Harry Frankfurt, dat de voorwaarde voor het hebben van een vrije wil zou moeten zijn dat gedrag echt jouw gedrag is, en niet dat een handeling ook per se bewust wordt aangestuurd.
Ook de voetballer Arjen Robben zelf verbindt ‘niet nadenken’ en 'vrijheid' met elkaar, zoals blijkt uit gedeelten uit interviews uit 2003 en 2010. Het laatste interview was vlak voor het wereldkampioenschap voetbal.
Robben was voor het kampioenschap geblesseerd geraakt, maar leek in ieder geval lichamelijk weer fit voor de wedstrijd. Hij spreekt in het interview over de manieren om weer fit te worden:

tekst 3
“Alles op intuïtie. Ik zie de ruimte en duik erin. Zonder dat ik precies weet waar het
gaat eindigen. Die vrijheid heb ik, dat is mijn kracht.” […]
“Het klopt dat ik in mijn hoofd nog wel bezig ben met die blessure. Dat is eigenlijk het
laatste stapje dat ik nog moet maken, in mijn hoofd nog fit worden. Vrijheid voelen,
niet nadenken.”

naar: Trouw, 24 mei 2003 en De Pers, 28 juni 2010

Hoewel Robben fysiek hersteld was, dacht hij tijdens het voetballen nog teveel over zijn blessure na en kon daardoor niet vrij spelen.
Voor Swaab zou het opmerkelijk zijn dat Robben ‘fit worden in zijn hoofd’ verbindt met ‘niet nadenken’ en ‘niet nadenken’ vervolgens met vrijheid.
Volgens Slors en Frankfurt is de verbinding tussen ‘niet nadenken’ en ‘vrijheid’ eigenlijk helemaal niet opmerkelijk: je zou Robben, die typisch eigen gedrag laat zien als hij op intuïtie voetbalt, of iemand die verliefd is en daarvan geniet, juist vrijer moeten noemen dan iemand die bewust iets nalaat terwijl hij er eigenlijk wel naar verlangt.

Leg aan de hand van de redenering van Frankfurt uit, dat Arjen Robben die op intuïtie voetbalt en daarmee zijn eigen gedrag laat zien, vrijer is dan iemand die bewust iets nalaat terwijl hij er eigenlijk wel naar verlangt.
Betrek in je antwoord het verschil tussen eerste- en tweede-orde-verlangens.