Background image

terug

Vraag 4

Welke drie zaken komen in de loop van de passage vast te staan over de ik-persoon?
Schrijf de nummers op van de juiste beweringen.

  1. Hij besefte pas na een poos dat er een storm op komst was.
  2. Hij probeerde aan de politie te ontkomen door op een schip het land te ontvluchten.
  3. Hij had, toen hij in Grimsby aankwam, de hele dag nog niets gegeten.
  4. Hij had een mountainbike meegenomen op zijn reis naar IJsland.
  5. Hij was van plan dezelfde reisroute te volgen als een man genaamd Dufferin.
  6. Hij had zijn reis tevoren tot in detail geregeld.
  7. Hij was al vaker in IJsland geweest.
  8. Hij werd zeeziek zodra hij aan boord van de Dettifoss gestapt was.

terug

Bijlage(n)

Bij deze vraag worden één of meerdere bijlagen gebruikt.

Bijlage: Tim Moore