terug
Vraag 3
Geef van elk van de onderstaande uitspraken aan of deze in de loop van de passage juist of onjuist blijkt te zijn.
- Michael heeft van zijn baas kritiek op zijn werk gekregen.
- Michael is razend over de nieuwsgierigheid van zijn collega’s.
- De typische Microsoft-werknemer kan er niet tegen als hem iets tegenzit.
- Michael heeft aan de ik-persoon en Todd gevraagd om hem eten te brengen.
- De ik-persoon is zijn carrière begonnen aan de helpdesk van Microsoft.
- De ik-persoon heeft zich vanwege relatieproblemen op zijn werk gestort.
- De ik-persoon is van plan een flinke stap te gaan zetten in zijn carrière.
Noteer het nummer van elke uitspraak, gevolgd door ”juist” of ”onjuist”.