Background image

terug

Vraag 6

Een politieke partij wil de inkomensverdeling in Nederland meer nivelleren en in de belasting- en premieheffing het draagkrachtbeginsel sterker toepassen. Een medewerker schrijft een advies over de vraag hoe deze doelen met verschuivingen in de belastingmix1) bereikt kunnen worden. In de tabel is voor een aantal landen de belasting- en premiedruk2) en de belastingmix gegeven.

noot 1 belastingmix: de procentuele aandelen van de diverse belastingen en sociale premies in de belasting- en premiedruk
noot 2 belasting- en premiedruk: het totaal van deze belastingen en sociale premies in % van het nationale inkomen

belasting
en
premiedruk
land belastingmix
inkomsten-
belasting
sociale
premies
belasting
op
consumptie
vennootschaps-
belasting
vermogens-
belasting
50,2 Zweden 30 30 26 5 9
44,0 Frankrijk 20 38 26 7 9
39,2 Nederland 19 36 31 9 5
36,0 Duitsland 25 40 29 3 3
35,8 Engeland 30 17 33 8 12


In Nederland is de inkomstenbelasting progressief door toepassing van een schijventarief. Ook wordt een heffingskorting toegepast: een korting op het te betalen belastingbedrag. De sociale premies worden geheven met een vast percentage van het belastbaar inkomen, maar uitsluitend in de eerste twee
schijven. Er is dus een premiegrens die de heffing van de sociale premies degressief maakt.

De medewerker doet in zijn advies drie voorstellen.
  1. Verlaag de belasting op consumptie.
  2. Verhoog de premiegrens bij de heffing van de sociale premies.
  3. Vergroot de progressie bij de inkomstenbelasting via de heffingskorting.
Leg uit dat een verlaging van de belasting op consumptie een nivellerend effect op de tertiaire inkomensverdeling kan hebben.