terug
Vraag 2
In 2005 telde Duitsland 5,2 miljoen geregistreerde werklozen, waarmee de werkloosheid 12,5% van de beroepsbevolking bedroeg. Er was sprake van conjunctuurwerkloosheid, structuurwerkloosheid en frictiewerkloosheid. De Duitse regering presenteerde in 2005 een meerjarenplan waarvan de volgende maatregelen de belangrijkste waren.
- verlaging van de vennootschapsbelasting
- extra uitgaven voor infrastructurele werken
- vergemakkelijken van het ontslaan van personeel
- hogere uitgaven voor onderwijs en wetenschap
- afschaffing van de subsidie op de bouw van een eigen huis
- het verbeteren van de arbeidsbemiddeling
Voor 2007 was het doel van dit plan het terugdringen van het werkloosheidspercentage tot onder de 10% van de beroepsbevolking.
Leg uit hoe hogere uitgaven voor onderwijs kunnen leiden tot minder kwalitatieve structuurwerkloosheid én tot minder kwantitatieve structuurwerkloosheid. Betrek in het antwoord beide vormen van werkloosheid afzonderlijk.