Een oppositiepartij gaat akkoord met de maximumhuur maar wil niet dat de
overheid huurwoningen gaat aanbieden. De partij stelt dat huurwoningen
collectieve goederen worden als de overheid die gaat aanbieden. De partij wil
particuliere verhuurders een zodanige subsidie geven dat bij
eengezinshuurwoningen geen tekort of overschot ontstaat.
Leid uit de figuur af hoe groot in het voorstel van de oppositiepartij de subsidie
per eengezinshuurwoning moet zijn. Licht het antwoord toe.