In deze opgave wordt een balkvormige doos in een rechthoekig vel papier
ingepakt. De hoogte van de doos noemen we h, de breedte b en de
lengte l. Zie foto 1. Alle maten zijn in centimeter. Er geldt h ≤ b ≤ l.
Het papier wordt eerst strak in de lengterichting om de doos gevouwen.
Het papier is zo lang dat twee randen ervan precies tegen elkaar aan
komen. Zie foto 2. De lengte van het papier in centimeter is dus 2l + 2h.
Vervolgens wordt het papier aan de voor- en achterkant strak tegen de
doos aan gevouwen. Het papier is zo breed dat de randen van het papier
precies tegen elkaar aan komen. Zie foto 3. De breedte van het papier in
centimeter is dus b + h.
foto 1 |
|
foto 2 |
foto 3 |